Uit alle Nederlandse stopcontacten komt dezelfde 230 volt. Maar die identieke stroom wordt op verschillende manieren opgewekt. Duurzame energiebronnen als waterkracht, windenergie, zonne-energie en biomassa dragen minder bij aan klimaatverandering dan ‘grijze’ bronnen van stroom: kolen-, gas- en kerncentrales.
Daarom hierbij een uitleg over de verschillende energiebronnen.
Windenergie
Windenergie is schoon en komt uit een bron die nooit opraakt. De CO2-uitstoot is 50 keer lager dan van die van ‘grijze’ stroom. Tijdens de hele levensduur van een windturbine (20 jaar) produceert deze tot 80 keer zoveel energie als er nodig is om er één te bouwen. In 2016 wekten windturbines in Nederland 7 procent op van de elektriciteit die we in Nederland gebruiken – genoeg voor ruim 2,5 miljoen huishoudens.
Windmolens wekken energie op door wind die tegen de rotorbladen waait. Die rotorbladen brengen de rotor in beweging, die via tandwielen de beweging vergroot, en zo de generator in beweging krijgt.
Biomassa
Ruim zestig procent van de duurzame energie geproduceerd in Nederland, is energie uit biomassa. Hoe duurzaam biomassa precies is, daarover verschillen de meningen.
Energie uit biomassa wordt opgewekt door verbranding. Vaak moet de biomassa eerst vergast of vergist worden tot een biobrandstof. Biomassa bestaat uit allerlei organische materialen, zoals hout, gft-afval, maar ook plantaardige olie, mest en speciaal hiervoor geteelde gewassen.
Waterkracht
Waterkracht is energie die is opgewekt uit stromend water. Bij de productie van elektriciteit uit waterkracht ontstaan geen schadelijke stoffen, en de bron is onuitputtelijk. Waterkracht is daarom een duurzame energiebron.
Hoewel Nederland een waterland is, speelt energieproductie met waterkracht hier (nog) geen grote rol. Slechts een paar procent van de totale hoeveelheid groene stroom wordt in Nederland opgewekt met waterkracht. Het grootste deel wordt opgewekt in het buitenland.
Kolen, olie en gas
Het grootste deel van de energie die huishoudens gebruiken voor stroom, verwarming en vervoer is afkomstig uit fossiele bronnen. Bij de verbranding van deze fossiele brandstoffen (aardolie, aardgas en kolen) komt CO2 vrij, bovendien veroorzaken ze vervuiling. Om nadelige gevolgen zoals klimaatverandering te beperken, wordt gewerkt aan de ontwikkeling van een duurzame energievoorziening.
Kernenergie
Kernenergie is elektriciteit dat wordt opgewekt uit uranium. Daarbij komt netto 10 tot 100 keer minder CO2 vrij, dan bij energieopwekking uit fossiele brandstoffen. Dat is ongeveer evenveel als bij elektriciteitsproductie uit wind, water en zon.
Voorstanders beschouwen kernenergie als veilig, duurzaam en noodzakelijk om klimaatverandering tegen te gaan. Tegenstanders vinden de technologie niet noodzakelijk en fundamenteel onveilig: Het radioactieve afval is een milieu- en gezondheidsrisico.