Het is de eerste week van december en ik kan geen aanbieding meer zien voor een kado. Er is overdaad. En u weet wat dat doet. Inderdaad. Het schaadt. Dus nu hoef ik niks meer.
De overdaad aan kado’s begon met dat vreemde Black Friday. Een commercieel dingetje uit Amerika dat hier ook moet aanslaan. Overal was een kortingsactie, de ene na de andere e-mail met aanbiedingen arriveerde, en op zaterdag begon het weer opnieuw met herkansingen, dit ingeval ik een mail gemist had. Toen kwam maandag. Dat bleek Cyber Monday te zijn. Weer stak er een storm op van kortingen en aanbiedingen die op dinsdag wederom in de herhaling gingen. En vervolgens arriveerden de Sinterklaas-aanbiedingen. Die voor de kerst volgen er straks naadloos op, met daarbij nog de doordringende muziek waar ik de zenuwen van krijg. Dan koop ik de verkeerde tandpasta, omdat ik niet meer kan nadenken en weg wil.
Het is me te veel.
Die overdaad.
Blèh.
Zelfs in de simpelste supermarkt is alles anders. Verpakkingen hebben strikken en plastic friemels, overal staan stapels van het ongezondste eten dat denkbaar is en de muziek is voortdurend sfeervol. Zou het werkelijk tot meer omzet leiden? Ik vraag het me af. Zelf ga ik over op de december-aanpak en die is: vermijd de winkel, tenzij het moet. Per week hamster ik boodschappen en in de laatste dagen van deze maand blijf ik thuis, met de gordijnen vrijwel dicht. Begin januari ga ik eens voorzichtig kijken of de buitenwereld normaal is geworden. Tot die tijd zet ik me schrap.
Ik weet inmiddels, dat ik lang de enige niet ben. Een caissière die ik sprak, zag ook op tegen de decemberdrukte. Zij krijgt alle gespannen mensen aan haar kassa en dan heeft ze een paar minuten om foutloos haar werk te doen en vriendelijk te blijven, terwijl er tientallen naar haar staren van “schiet op”. Voor caissières heb ik een diep respect. Ze zijn de slechtbetaalde psychiaters van onze consumptiemaatschappij.
Al die drukte, al die overdaad en die hele kadomania, voor wie is dat eigenlijk leuk? De een doet het voor de ander, de ander doet het voor de een, en in januari zingen we allemaal het liedje hoe fijn het is dat “alles” weer gewoon is. Een kado is mooi, een feestdag is heerlijk, maar lieve hemel, het is hier wel uit de hand gelopen.
Vilan van de Loo