Wanneer is het zo ontspoord, van een enkel sterretje naar dag en nacht vuurwerkbommen met stank en gevaar? Een beetje vuurwerk kan mooi zijn. Maar dat stadium zijn we voorbij, voorgoed voorbij.
In mijn huis voel ik me thuis, behalve rond de jaarwisseling. Dan opent de vuurwerkwinkel twee straten verderop de deuren. Dit jaar dacht ik dat de winkel failliet was, maar ze maken een doorstart. Dat betekent overlast. Veel klanten gaan hun aanschaf uittesten in het leuke kleine straatje waar ik woon. Soms trillen de ramen. Ik doe het altijd. En mijn grote kater Bert kijkt voor zijn zekerheid naar mij, dus ik doe me stoerder voor dan ik ben.
Vergelijk de vuurwerkmanie eens met carnaval. Dat is ook iets waar je wel of niet van houdt. Ook beneden de rivieren heb je mensen die er hun schouders over ophalen. Die mopperen wat op winkels die dicht zijn en over drankgelagen, maar verder kunnen ze hun gewone leven leiden, zonder risico of gevaar voor wat dan ook. Daar hoeven we geen brede maatschappelijke discussies over te voeren. We snappen het allemaal en we kunnen elkaar daarin met rust laten.
Ja logisch, zegt u. Daar heb je het niet dat er voor ikweetniethoeveel schade ontstaat, elk jaar meer, doden en gewonden, en daarna lees je over “een rustige jaarwisseling.”
Dat is precies mijn punt. Die schade, aan mens en dier. De ellende ervan.
Vergelijk die vuurwerkmanie nu eens met het voetbalcircus. De schade die supporters in een ander land kunnen aanrichten, de politiebewaking die nodig is bij zogenaamde risicovolle wedstrijden. Inderdaad, waar zijn we mee bezig? Ook al zo’n ontsporing. Ooit was elke voetbalwedstrijd even spannend als gezellig, iets waar kleine kinderen plezier in hadden.
De zaak met het vuurwerk is ontspoord. De mensen zijn roekelozer, het spul zelf wordt elk jaar zwaarder, verboden en gedogen helpt helemaal niets. Dan moet er een passend antwoord komen op de ontsporing. Helemaal, totaal en radicaal de zaak verbieden, en per grote stad op één locatie een vuurwerkshow voor de schoonheid.
Ontsporen trekt mensen mee, en bepaald niet de beste kanten op. Je ziet zo’n gezicht dat belangrijk wil zijn, zich moet laten gelden en waarom? Om iemand te zijn in de ogen van anderen. Als het alleen op die manier kan, kun je misschien duizend euro aan vuurwerk spenderen, maar in wezen ben en blijf je geestelijk arm.
Vilan van de Loo