VIP

Bij de ingang, waar het geroezemoes van de receptie goed hoorbaar was, kreeg ik een VIP-kaart. Meteen voelde ik me groeien. Een Very Important Person te zijn in de ogen van anderen, dat moest serieus genomen worden, ook al lag er een supergrote mand met identieke pasjes klaar voor elk van de volgende gasten.

In het bezit van mijn nieuwe VIP-status mocht ik doorlopen. Mijn hart klopte iets sneller dan gewoonlijk, er leek iets moois te gaan gebeuren, en dat zou de glorie alleen nog maar verhogen. Ik probeerde alvast bescheiden te kijken. Met een lief stemmetje vroeg ik om een glaasje water. Het was warm. Ik nipte voorzichtig. Kleine slokjes zijn het beste, je weet nooit wie er opeens een foto van je neemt en dan sta je voor gek en heel Facebook lacht om jou.

In de minuten die daarna verstreken, kwam ik ietwat tot mezelf. Een receptie, dat veronderstelt circuleren, gezellige praatjes met deze en gene houden waarbij je vanzelfsprekend nog de voornaam en bezigheden weet van die deze en gene. Er zijn mensen die zoiets kunnen. Ik kan het niet. Mijn favoriete positie op een receptie bevindt zich ofwel achter een plant, ofwel in de keuken, waar ik aan tafel ga hangen en met tachtigplussers klaag over het snelle leven van tegenwoordig of herinneringen ophaal aan de Eerste Wereldoorlog.
Eerlijk is eerlijk, een grote aanwinst ben ik niet op een receptie.

De avond vorderde. Na een uur had ik pas met drie mensen gesproken. Die kende ik al, dus eigenlijk tellen die niet mee. Dus daar stond ik, bij een plant die te klein was om me achter te verschuilen. Een keuken was er niet. En op dat moment voelde ik de VIP-kaart in mijn handtas branden. Niks VIP. Gewoon verlegen, bij het muizige af. Toen ik thuis kwam, trok ik snel mijn pyjama aan. Mijn grote huiskater Bert zat al klaar om geaaid te worden. Hij wenste ook toegesproken te worden, op zachte en liefdevolle toon. Dat deed ik. Aan zijn zachtmoedige gezicht vertelde ik hoe het was geweest, en dat ik helemaal geen VIP was en dat ik toch zo trots was geweest. Na afloop moest Bertje even gapen. Toen wilde hij met een lintje spelen. Hij vond het allemaal best en ik was opgelucht, dat ik gewoon mezelf kon zijn, en verder niemand.

Vilan van de Loo

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze website gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.