De poncho

Geheel onverwacht stuurde het Leger des Heils me een knalrode regenponcho, voorzien van hun logo, met daarbij een vel stickers en ook nog eens een full color brief met het verzoek om een donatie. Meteen dacht ik: zijn ze nou helemaal gek geworden?

Ik geef aan goede doelen, en vermoedelijk ben ik zo in hun bestand gekomen. Dat is irritant. Mijn naam en adres worden doorverkocht alsof ik een levende portemonee ben.

Elk goed doel waaraan ik geld wil schenken, kan ik uitstekend zelf vinden. Het zijn organisaties die op kleine schaal werken, waarvan ik weet hoe en wat ze doen, het zijn clubs waar je gemakkelijk iemand van het bestuur kunt opbellen en wat ze allemaal met elkaar gemeen hebben is dat hun drukwerk bescheiden is. Ze besteden nooit hun ontvangen donaties aan dure cadeautjes in de hoop meer donaties te krijgen. Ja, dat kun je zien als een investering. Maar dat voelt anders: als een manipulatie.

Sinds er regelmatig publiciteit is over hoge salarissen, bonussen en merkwaardige onkostendeclaraties, ben ik anders gaan kijken naar de goede doelen. Op zich is het belangrijk dat ze er zijn. We hoeven als burgers niet alles van de regering te verwachten, dat is vragen om teleurstellingen. Wel moeten de grote maatschappelijke fondsen veel meer overheidssteun krijgen. Iedereen kan ziek worden, dat kun je niet met donateurs opvangen.

En op welke wijze de goede doelen opereren, dat is nog een studie apart. Mijn sympathie gaat steeds meer uit naar klein en bescheiden, als het om wereldverbeteraars gaat. Mensen die na een vakantie opeens in dat land een waterput of een ziekenhuis gaan bouwen. Of een organisatie die alle zwerfkatten van de straat wil halen. De ouderenzorg in Indonesië, waarvan ik ongeveer één keer per jaar zwartwit uitgevoerd drukwerk ontvang dat in een goedkope envelop is gepropt. Zuinigheid moet zichtbaar zijn. Dan weet je: mijn donatie wordt goed besteed. Iemand in dat verre land is ermee geholpen. Van mens tot mens, dat telt.

Hoe groter de organisatie, hoe meer aarzeling ik voel om er geld aan te geven. Mijn fondsen zijn beperkt, dus de keuze is belangrijk. Wat ik niet wil is: organisaties ondersteunen. Wat ik wel wil is: mensen helpen.

Kort nadat de dure rode regenponcho in de bus was gevallen, brak de zon door. Ik keek naar de stralende hemel en glimlachte. Een zeker Iemand had ook een mening.

Vilan van de Loo

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze website gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.